Rechten van gedetineerden in tijden van corona

gevangenis

Sinds de uitbraak van het coronavirus is het openbare leven drastisch gewijzigd. Vrijheden waar iedereen aan gewend was, bestaan niet meer of zijn langdurig on hold gezet. Zo ook voor personen die zich in detentie bevinden. Voor deze personen is echter relatief weinig aandacht. Het is een stem die nauwelijks nog is gehoord, zodat het van belang is om de gevolgen van de corona uitbraak te bezien vanuit het perspectief van de gedetineerde verdachte. Als constructieve invalshoek: wat kunnen we eraan doen om deze positie te verbeteren?

Toen de crisis in maart uitbrak, ontstond er ook bij alle deelnemers aan het rechtssysteem enige mate van paniek. IC-opnamen en coronasterfgevallen gingen in een rechte lijn naar boven. Om te voorkomen dat er een corona uitbraak zou plaatsvinden binnen de muren van PI’s, werd een van de belangrijkste rechten van gedetineerden, het bezoekrecht, opgeschort. 

Alleen bij hoge uitzondering mocht er nog professioneel bezoek bij het huis van bewaring naar binnen. Daarbij moet er vaak worden gemotiveerd waarom het contact niet telefonisch kan worden afgedaan. Los van alle praktische bezwaren, taalproblemen, tolken en de mindere communicatie, waren er vanzelfsprekend ook privacy bezwaren. Het is een algemeen bekend en terugkerend probleem dat er regelmatig gesprekken met advocaten achteraf bleken te zijn afgeluisterd. Dit terwijl het in strijd is met het recht van vrij verkeer tussen raadsman en gedetineerde. Een vertrouwelijk gesprek tussen raadsman en gedetineerde kon niet langer gegarandeerd worden. 

Corona en het bezoekrecht

Inmiddels zijn we twee maanden verder, zodat de vraag zich opdringt of er niet een mouw te passen valt aan het bezoekrecht, en met name het familiebezoek. Dit zodat detentie feitelijk niet erop neerkomt dat een gedetineerde volstrekt geïsoleerd raakt. Voorkomen dient te worden dat een gedetineerde, zonder juridische noodzaak zijn of haar voorarrest min of meer in alle beperkingen doorbrengt. 

Artikel 38 PBW regelt het bezoekrecht.

Uiteraard is bezoek in coronatijd veel gedoe, en zoals ieder menselijk contact mogelijk een bron voor besmetting. Daar staat tegenover dat net zoals in winkels en supermarkten de inmiddels snel ingeburgerde 1,5 meter regel kan worden gehanteerd. Het is zorgwekkend dat er weinig zichtbare initiatieven worden genomen om de huizen van bewaring in dit opzicht te “ontsluiten“. Desnoods kan er worden gedacht aan het gebruik van mondkapjes voor bezoek. Al ver voor de uitbraak van het virus beschikten PI’s over de inmiddels schaarse plexiglasschermen.

Rechtspositie van gedetineerden

De rechtspositie van gedetineerden is sinds de invoering van de coronamaatregelen vrijwel op alle vlakken ernstig verslechterd. Voor zover deze verslechtering parallel loopt met de samenleving “buiten“ is dit in beginsel gerechtvaardigd, maar er zal door het ministerie en door de directies toch moeten worden gezocht naar compensatiemogelijkheden om de leefbaarheid te vergroten. 

Te denken valt aan het op een creatieve manier creëren van sportfaciliteiten en/of online-onderwijs. Alles om deze ook voor gedetineerden ellendige tijd draaglijk door te komen, en meer rekening houden met de gerechtvaardigde belangen van mensen die vastzitten.

Hoopvolle corona-beslissing RSJ

Wij willen deze column hoopvol afsluiten met een recente beslissing van de Raad voor Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming (RSJ).

Een klant van ons kantoor werd door de directeur gedwongen om te worden geplaatst in een meerpersoonscel. Voor iedereen die ooit het (on)genoegen heeft gehad om in zo’n soort cel te verblijven, zal beamen dat de aanbevolen 1,5 meter van Rutte hier niet te handhaven is. De cliënt van ons kantoor kon bovendien medisch onderbouwen dat hij tot een bepaalde risicogroep behoorde, waardoor de plaatsing in een meermanscel (MPC) een acuut gevaar voor zijn gezondheid zou opleveren.

Ondanks verzet vanuit de gevangenisdirectie, heeft de voorzitter van de RSJ terecht geoordeeld dat de verplichte plaatsing in de meerpersoonscel onredelijk en onbillijk is en voorlopig van de baan is.

Wij zouden zelfs een stap verder willen gaan. Ook voor gedetineerden zonder aantoonbare klachten geldt dat zij niet aan onnodige risico’s moeten worden blootgesteld. Als we corona met zijn allen moeten bestrijden, dan is het lastig uit te leggen waarom er “binnen“ een andere afstandsgrens zou moeten gelden dan “buiten“. Het virus discrimineert niet en maakt geen onderscheid tussen gedetineerden en niet gedetineerden. Van ons mag toch minimaal het zelfde worden verwacht.

Mogelijk bent u ook geïnteresseerd in deze blog die gaat over het coronavirus en familierechtelijke problemen.

Maarten Pijnenburg (advocaat bij Dekens Pijnenburg Strafrechtadvocaten)

Jordi l’Homme (juridisch medewerker bij Dekens Pijnenburg Strafrechtadvocaten en redactielid van de Bonjo)

Lees ook