Boerenprotest vraagt om boerenverstand

Boerenprotest vraagt om boerenverstand

De acties van protesterende boeren krijgen steeds meer het karakter van een partizanenstrijd tegen de overheid, waarbij geweld niet wordt geschuwd. Vanwege het steeds meer gewelddadige karakter van de acties, neemt de overlast toe en het draagvlak af.

Het is hier niet de plaats om het al dan niet gerechtvaardigde karakter van de acties te beoordelen in het ingewikkelde stikstofdebat, maar deze acties maken de vraag actueel, waar de grens ligt van de demonstratievrijheid en waar de noodzaak ontstaat voor de overheid – in dit geval de politie en het Openbaar Ministerie – om in te grijpen in het demonstratierecht en boeren zo nodig te arresteren en te berechten.

Louis van Gaal heeft (vaak) gelijk

De acties van de boeren zijn te plaatsen in een bredere trend van burgers die steeds minder gezag aanvaarden van de overheid, en in een algemene tendens van wantrouwen naar gezagsdragers. Ook dit zal diepere sociologische oorzaken hebben die niet eenvoudig zijn te duiden. Louis van Gaal vertelde onlangs in een talkshow dat de hiermee in verband staande verruwing van het debat in het parlement wat hem betreft samenhangt met het regelmatige gelieg van politici. Nu heeft Louis van Gaal vaak gelijk, en kunnen we zijn beschouwingen hierover op zijn minst serieus nemen.

Daarmee is nog geen oplossing gegeven voor het probleem van escalerende discussies in de samenleving waar demonstraties mee samenhangen. Het recht om te demonstreren is een sterk in de Grondwet en Verdragen verankerd recht, dat samenhangt met de vrijheid van meningsuiting. Op het moment dat de overheid de burger “de mond snoert“ door demonstraties te gemakkelijk te verbieden, wordt er een ondermijnende tegenreactie uitgelokt, die afbreuk doet aan de democratische waarden in een samenleving.

Vrijheid van meningsuiting

Op dit moment heeft iedereen het recht om te demonstreren, maar de demonstratie moet wel worden aangemeld bij de burgemeester. Als de demonstratie na een risico-inschatting een te groot risico oplevert voor de openbare orde, kan deze worden ingeperkt of zelfs worden verboden. Burgemeesters zullen hier niet snel toe overgaan. Alleen als het gaat om een serieuze bedreiging van de openbare orde wordt er ingegrepen. In beginsel moeten demonstranten zich ook aan de geldende wettelijke regels houden, maar soms kan het overtreden van de regel gerechtvaardigd zijn om een hoger belang aan te kaarten of wordt het aanhouden en vervolgen van demonstranten als buitensporig gezien. Zo heeft het gerechtshof Amsterdam in een vanuit het perspectief van de vrijheid van meningsuiting moedige uitspraak het Openbaar Ministerie in 2018 niet ontvankelijk verklaard in een zaak waarbij vreedzame demonstranten werden opgepakt en vervolgd voordat zij überhaupt konden demonstreren. De Hoge Raad heeft deze uitspraak helaas niet in stand gelaten en vond de sanctie van het verlies van het vervolgingsrecht te ver gaan. Of de rechter net zo mild of begripvol zal zijn over de boerenprotesten bij de woning van de minister van stikstof, valt ernstig te betwijfelen. De impact op het privéleven en het gewelddadige karakter zal waarschijnlijk zwaarder wegen dan de vrijheid om te demonstreren.

Recht om te protesteren

Ook mag het recht om te demonstreren niet worden misbruikt om anderen dit recht te ontnemen. In het geval van de bekende zaak van de “blokkeerfriezen”, was dit een van de argumenten waarom een aantal van hen werden veroordeeld. Het blijft altijd een zoektocht naar een balans tussen het gerechtvaardigde belang om uiting te kunnen geven aan het demonstratierecht en de belangen die horen bij de openbare orde en de veiligheid. Burgemeesters zullen “aan de voorkant“ voorzichtig zijn om op voorhand demonstraties te verbieden, maar het risico bestaat dan dat er achteraf het verwijt komt dat wanneer het uit de hand loopt, er onvoldoende is geanticipeerd.

Terughoudend optreden van de overheid

Toch verdienen moedige burgemeesters, die niet op voorhand ter voorkoming van ongeregeldheden alvast het demonstratierecht opofferen, waardering. Landen waar demonstraties met de harde hand uiteen worden gedreven, zijn geen prettige landen om te leven. Daar staat tegenover dat geen enkel grondrecht onbeperkt is, en het gebruik van geweld kan in een rechtsstaat natuurlijk geen basis kan vormen voor het recht om te protesteren.

Het is onmogelijk om alle risico’s van demonstraties volledig te voorspellen. Alleen als het overduidelijk is dat er een groot risico bestaat voor gewelddadigheden, bestaat er een reden tot ingrijpen. Terughoudendheid bij het inzetten van politiemacht dient hierbij de leidraad te zijn. Laten we niet vergeten dat nog maar eind vorig jaar het Nederlandse politieoptreden tijdens de coronarellen in Den Haag in felle bewoordingen werd bekritiseerd door de speciale VN-rapporteur, die zelfs het woord martelingen in de mond nam. Een gewaarschuwd land telt voor twee.

Maarten Pijnenburg

Advocaat Dekens Pijnenburg advocaten

Lees ook